De rivaliteit tussen Ajax en Feyenoord, NEC en Vitesse, Roda JC en MVV, PEC Zwolle en Go Ahead, NAC en Willem II, IJsselmeervogels en Spakenburg, Celtic en Rangers, Boca en River Plate, Barcelona en Real Madrid en Bristol Rovers en Bristol City behoeft nauwelijks nadere introductie.
Over de oorsprong ervan bestaat nauwelijks enig misverstand, of het nu langs authentieke of cosmetische weg tot stand is gekomen.
In de zeventiger jaren ontspon zich geheel onaangekondigd en spontaan langs sportieve weg een onwaarschijnlijk geachte ‘burenruzie’ tussen twee clubs die door circa 250km asfalt van elkaar waren gescheiden en in sociologisch, cultureel, politiek, ideologisch, maatschappelijk, religieus, sociaal of topografisch opzicht geen enkele gemeenschappelijke deler kenden. We moeten daarvoor naar Maastricht en Zwolle.
Tijdens het 1976-77 seizoen tekende in de 1ste divisie zich spontaan een ‘broederstrijd’ af tussen PEC Zwolle en MVV. Beide clubs waarin zowel in de reguliere competitie als in de nacompetitie zeer aan elkaar gewaagd. PEC Zwolle en MVV eindigden op de tweede, respectievelijk derde plaats en moesten alleen Vitesse voor zich dulden.
Beide clubs hielden elkaar tweemaal met 1-1 in evenwicht. MVV delfde in Zwolle in de kwartfinale van de 1976-77 KNVB beker het onderspit met 1-0 waarna PEC Zwolle uiteindelijk zou doorstoten naar de finale.
In de nacompetitie versperde MVV, dat in Zwolle aan het kortste eind had getrokken, de weg van het ongeslagen PEC naar de eredivisie in De Geusselt door een zeer late gelijkmaker van Gerrie Schrijnemakers. Er ontstonden ernstige ongeregeldheden in het het volle uitvak waar auteur dezes angstige momenten meemaakte.
Een seizoen later, 1977-78, troffen beide provinciale grootmachten elkaar opnieuw in de 1ste divisie en eindigden ex aequo op de eerste plaats. PEC Zwolle speelde tweemaal gelijk tegen MVV en werd uiteindelijk kampioen op doelsaldo. MVV op haar beurt dwong via doelsaldo óók promotie af naar de eredivisie.
In het eredivisieseizoen 1978-79 speelden beide clubs nauwelijks een rol van grote betekenis maar handhaafden zich met redelijk gemak. Van sportieve rivaliteit is sindsdien geen enkele sprake meer.
Er zullen ongetwijfeld andere gedocumenteerde voorbeelden zijn van onvermoede en/of tijdelijke rivaliteit.
Shoot.